Canberra naar Eden

13 november 2016 - Eden, Australië

Vanmorgen wakker geworden in de hoofdstad van Australië! Maar na 3 of 4 dagen zonder douche en een bijna lege watertank, voelen we ons vies. Er is een douche naast het oude parlementsgebouw. Dat staat tegenover het nieuwe parlementsgebouw. En die wilden we toch nog bekijken :)

Nieuwe parlementsgebouw is duidelijk groots aangepakt, groot, wit en met een gigantische vlaggenstok erbovenop. We durven de parkeergarage niet in, maar bij een tweede rondje blijkt deze vlak voor de ingang twee ingangen te hebben. Zelfs dubbeldek bussen kunnen moeiteloos naar binnen (wel de rechtse ingang pakken, he?)

Op naar het oude parlementsgebouw. Lelijk ding, totdat we ontdekken dat we de achterkant hadden bezichtigd en bij de voorkant uitkomen die er een stuk beter uitziet. Tegenover de ingang, inmiddels doet het dienst als Museum voor Democratie, is een tentenkamp en een gebouw met als opschrift (ab)original embassy. Dit tentenkamp is schijnbaar al sinds 1972 bewoond met als doel het onder de aandacht brengen van de eerlijke behandeling van de Aboriginal bevolking (en er wordt ook steeds een bepaalde groep eilandbewoners in dezelfde adem genoemd in alle uitleg).

Als ik (RP) sta te bewonderen hoe ze een elektriciteitskast hebben opengesloopt voor hun stroomvoorziening en een 4-weg water-verdeelblok naast een waterkraan hebben liggen, word ik wat argwanend aangesproken door een door de zon (en niet door afkomst) gebruinde meneer die waarschijnlijk in het kamp woont. Het water is volgens hem (terwijl hij met koffie in zijn hand staat) van drinkbare, maar vieze kwaliteit en dit lijkt me dan ook niet het juiste punt onze tank te vullen.

We weten inmiddels waar de enkele douche is en ook dat beide kranen alleen koud water geven. Dit heeft twee flink mopperende dames tot gevolg die zich liefst met hand en tand verzetten tegen een douchebeurt onder deze omstandigheden! Gelukkig heeft Mascha voldoende overwicht en moeten ze mee. Eerst douchen de dames, inclusief haren wassen. Lara’s onderkoelde humeur zakt richting absoluut nulpunt wanneer ze tot drie keer toe terug wordt gestuurd omdat er nog shampoo in heur haar zit. Niki herhaalt tot vervelens toe met een piepstemmetje dat het zo koud is.

Dan de heren: Thomas is nog makkelijk met wat geweld onder de douche te houden totdat hij *enigszins* gewend is. RP vind het eigenlijk wel lekker en oppert om voortaan thuis ook maar koud te douchen met het hele gezin. Scheelt flink in de kosten, kunnen we financieel een beetje bijkomen van deze reis… Maar eigenlijk weet hij ook wel dat water in NL waarschijnlijk een vrij essentiële 5 graden kouder is…

We besluiten toch weer naar de kust te rijden zodat we weer over de Great Dividing Range moeten. Al snel een tankstation gevonden waar we drinkwater mochten bijvullen. Met schroefdraad op de kraan i.p.v. een gladde onderkant waar we de vulslang tegenaan moesten duwen en een normale haan i.p.v. een drukknop die ingedrukt moest blijven! Heerlijk wat een luxe!

Bij een snelle tussenstop om de septic tank te legen, welke overigens heel erg vol zat na ons verblijf in Canberra, horen we van wat mensen die in Canberra wonen en aan de kust een huisje hebben, dat de wind in dit gebied altijd veel waait, maar dat de laatste twee of drie dagen echt exceptioneel waren. Vandaar dat de camper naar en van Canberra als een “drunken sailor” de weg over zwalkt… Nog wel lekker gefitnesst tijdens deze stop.

Als we bij de kust aankomen, is er weinig kust te zien omdat de weg alleen maar in de buurt van de zee loopt. Even volhouden tot het plaatsje Tilba Tilba, op de Unesco erfgoedlijst vanwege de mooiste tuinen van Australië. Daar aangekomen rijden we via een erg mooi weggetje naar Central Tilba en hierna naar Tilba Tilba. Van mooie tuinen is helemaal niets te zien, op mogelijk een bedrijfje na waar een uitnodigend bordje “OPEN” staat. Als je vervolgens uitstapt sta je voor een met een hangslot afgesloten hek en is er geen kip te bekennen. Op naar de slaapplek dan maar.

Onderweg weer betaalbare diesel, dus gekeerd op een inrit van iemand. Maar bij wegrijden, lazert de uitlaat onder de camper uit. We hadden al menigmaal met de erg uitstekende punt van de uitlaat bij afritten aan de grond gezeten en ook een keer bij achteruit inparkeren met een klem (die wat uitlaatdelen verbind) tegen de stoeprand gezeten. Hierna liep de uitlaat al niet meer recht door, maar met een knikje. Dit wilde RP nog wel verhelpen, maar het eind van de huurperiode was in zicht en het beschikbare gereedschap is heeeel erg karig. Door dit karige gereedschap was de loshangende laatste anderhalve meter ook niet los te halen van het rubber ophangstuk waar hij nog mee vastzat en achter de camper werd aangesleept. Dus de keuze was om de uitlaat honderd meter mee te slepen of een ander oplossing te vinden. RP had wel een idee… Als Mascha nu een stok in de veel te hete uitlaat steekt om zo het losse uiteinde van de grond te houden en vervolgens achter de camper aanhobbelt, dan rijden/lopen we zo terug naar het tankstation. Mascha kon het niet waarderen dat RP niet op zat te letten (omdat hij de videocamera pakte om haar te filmen via de achteruitrijcamera…), zo niet door had dat we helling af gingen en Mascha dus steeds sneller moest lopen…

Met hulp van de baco van het tankstation de uitlaat weer gemonteerd (was niet gelukt met het in de camper aanwezige gereedschap) en de klem ditmaal zo gemonteerd dat de 3cm extra (=te veel) schroefdraad naar BOVEN steekt i.p.v. naar beneden. En bij het van het tankstationterrein afrijden hoorden we alweer geschraap, maar alles bleef zitten.

Als de zon wat lager staat, zien we de eerste kangaroe weer langs de weg zitten. Oppassen geblazen dus. Eéntje wordt twee, twee wordt een veld van wel 20 en uiteindelijk een veld met wel 100. Inclusief flink grote exemplaren van minimaal anderhalve meter hoog die we nog zo graag wilden zien. Het grappigste was wel een veld met lang gras waar Mascha er drie zag zitten. Toen hoorden ze ons en keken er opeens 20 snuitjes omhoog uit het gras. Precies zoals omschreven door een van de aboriginal rangers in het eerst beschermde gebied bij de Great Ocean Road: vaak weet je niet dat ze er zijn: ze steken hun kop omhoog, beoordelen de situatie en laten hun kop weer onder het gras zakken. Ze kunnen 5 meter verderop zitten zonder dat je het ooit weet…

Uiteindelijk rijden we het laatste stukje in het donker met wat regen. Dit heeft een dampend wegdek tot gevolg wat enge mistflarden in het groot licht laat verschijnen, lekker creepy! Kort daarna komen we op onze slaapplek van vannacht aan, naast een begraafplaats… Het slaapliedje van vannacht is daarentegen wel gaaf: het imponerende geluid van rollende golven die stukslaan op het strand. Snel nog pasta Alfredo eten, dit stukje typen en lekker slapen!

Van reisblog naar fotoboek
Laat een prachtig fotoboek afdrukken van je verhalen & foto's. Al vanaf € 21,95.
reisdrukker.nl

Foto’s

2 Reacties

  1. Meike:
    13 november 2016

    Grappig dat Mascha steeds sneller moest rennen!
  2. P van der Mannen:
    13 november 2016
    ik zou mishandeling aangeven als ik jou was Mas!